De Hanzepodcast, feit of fictie (3/4): Splinter versus Herbert deel 2

Door Luuk de Jong

PodcastSplinter31De Hanzepodcast: de Zeerover is speciaal voor dit Hanzejaar 2023 gemaakt. Deze podcast vertelt het verhaal van Splinter Loeff, een zeerover die in 1437 in Zutphen is komen wonen. Uiteindelijk hebben zijn acties de stad veel juridisch getouwtrek en kopzorgen voor het stadsbestuur bezorgd. Maar wat is in de podcast nou precies feit, en wat is nou fictie? In deze kleine serie van artikelen probeer ik dat zo goed mogelijk uit te leggen, zodat u voor, tijdens of na het luisteren van de podcast, precies weet wat er écht is gebeurd halverwege de vijftiende eeuw!

Tegelijkertijd met Herberts poging om gerechtigheid te krijgen via de Hanze, probeerde hij ook een andere route: het Westfaalse veemgericht. Deze rechtbank is ooit ontstaan door de statelijke structuur van het Heilige Roomse Rijk. Ook Zutphen behoorde tot dit rijk, dat bestond uit talloze kleine en grote graafschappen, hertogdommen en koninkrijken. De koning van het Heilige Roomse Rijk werd gekozen door een raad die bestaat uit de belangrijkste heersers binnen dat rijk. Het resultaat was een onmachtige koning, die altijd op zijn hoede moest zijn voor de macht en de steun van andere heersers in het Rijk.

Omdat de koning dus zo weinig macht had, werd de rechtspraak ook zo ingericht dat rechtbanken zich autonomer konden opstellen. Ze spraken dus recht in naam van de koning. Het rechtsgebied van de Westfaalse vrijbank in Velgiste, een stadsdeel van Schwerte, breidde zich na verloop van tijd ook uit over Gelre en Kampen. Hierdoor had Herbert, naast de Zutphense rechtbank en de Hanze, een heel sterk alternatief om zijn zaak te bepleiten.

Het oude Saksische recht

Hoe het veemgericht precies werkt ga ik je besparen, maar wat belangrijk is om te weten is dat de rechters bestaan uit een groepje mensen die allemaal een zwaarwegende eed hebben gezworen. Zij werden de vrijschepenen genoemd. Het oude Saksische recht was heel belangrijk: in deze vorm van rechtspraak was het zweren van een eed de hoogst behaalbare vorm van waarheid. Het verbreken van een eed werd dan op zijn zachtst gezegd niet gewaardeerd (een heel duidelijk understatement).

De aanklacht voor het veemgericht werd enorm serieus genomen door het Zutphense stadsbestuur, want de kracht van een veroordeling van het veemgericht had iets wat de Hanze nooit zou kunnen evenaren. Als Zutphen schuldig werd bevonden, dan zouden álle handelsgoederen van álle Zutphense burgers in álle steden binnen het Heilige Roomse Rijk ingenomen kunnen worden. Het zou een financiële ramp voor de stad betekenen. Het is een aantal keer voorgekomen dat een stad werd veroordeeld. De financiële schade van de veroordeling was zó groot, dat de getroffen steden de aanklager zo snel mogelijk wilde compenseren om hem tevreden te stellen.

Daarom wilde Zutphen koste wat kost een veroordeling voorkomen. Om dat te voorkomen riepen ze de hulp in van een deskundige en ervaren vrijgraaf uit het Duitse Recklinghausen: Hugo van Oesterwijck. Hij kostte per jaar 15 pond en ontving ook flinke vergoedingen van de stad. Ook hadden boodschappers, advies en ruggespraak de stad nog meer geld gekost.

Door het Saksische recht dat heel belangrijk is in het veemgericht, zijn edeverklaringen dus heel erg belangrijk. Daar wilde Zutphen dus zijn onschuld op bewijzen!

Alyt

Dat is waar Alyt om de hoek kwam kijken. Maar heet zij wel Alyt? In de dossiers zien we zowel Alyt Keye voorbijkomen als Aelken Lueff. Mogelijk de dochter van Louff Keye (in de podcast aangeduid als Keye), of misschien wel van Splinter en dat zij de vrouw van Louff Keye was? We zullen het waarschijnlijk nooit helemaal zeker weten. Volgens Diederik Rijs was het in die periode heel gebruikelijk dat de naam van de man en de meisjesnaam door elkaar werden gebruikt. Voor het gemak houden we even de naam Aelken aan, die volgens de stadsrekeningen in 1450 met haar zoon achtereenvolgens naar Dordrecht, Delft, Den Haag en Haarlem ging. In die laatstgenoemde stad vonden zij drie mannen. Zij verklaarden dat ze met Splinter en Herman van Lockhorst de zeeroof hadden gepleegd en dat niemand van hun clubje was betrokken bij de verkoop of heling van de gestolen vracht. In plaats daarvan zou de gehele vracht in het Ostland zijn verkocht.

Hanzevergadering

Alhoewel deze rechtszaak met deze verklaring werd afgesloten, legde Herbert zich er niet bij neer. Hij bleef het proberen bij de Hanzepartners van Zutphen. Stadsbodes met brieven werden verstuurd naar Kampen en Utrecht. Een jaar later kwam de zaak weer aan de orde bij de Hanzevergadering in Lübeck! De laatste vermelding over de zaak komt uit het jaar 1454. Daarin moest Zutphen zich verantwoorden voor het Kampense gerecht. Hoe deze zaak echter is afgelopen…daarover vermeldt het Zutphense archief niets.

Wil je de podcast beluisteren? Dat kan onder andere op Spotify: https://open.spotify.com/episode/7ajjZWpphKdkOP1tM5tXiQ.